Redactie: Nico Riemersma en Klaas Spronk
Bijdragen
Klaas Spronk,
De Megillot als samenhangende verzameling, 1-10
Nico Riemersma,
De rol van God in het boek Ruth: Over de houding van God ten opzichte van het lijden, 11-24
Dorcas Chebet,
‘They Took Away My Cloak!’ Narrating Rape in ‘Her Voice’: An Afro Feminism Lens to Song 5:6-8, 25-33
Eveline van Staalduine-Sulman,
Targum Hooglied als bemoediging en apologie in de diaspora, 35-44
Klaas Spronk,
Prediker, de dood en wij: De lezing van Prediker 9 in verschillende contexten toen en nu, 45-55
Dries Blokker,
Koken op drie stenen, wegen met twee schalen: Achtergronden van Prediker, 57-65
Nico Riemersma,
Vertaling van Klaagliederen, 67-82
Hendrik Jan Bosman,
De Klaagliederen als gedichten en als taaluitingen, 83-92
Adri van der Wal,
In liturgische taal vervat: De woorden over ‘hopen’ in Klaagliederen 3:18-29, 93-102
Kristin De Troyer,
De geschiedenis van het bijbelboek Ester: Een stap naar voren en een stap naar achteren, 103-111
Klaas Smelik,
Mordechai, Esters dominante neef, 113-121
Redactie: Nico Riemersma en Piet van Midden
Bijdragen:
Gerard van Zanden & Rinse Reeling Brouwer,
De Naam van Jezus vertellen: Frans Breukelman over de Redder en zijn reddingswerk, 1-12
Bas van Os,
Het Evangelie naar Matteüs als oorlogsliteratuur, 13-22
Hedda Klip,
Jozef in de genealogie van Matteüs 1, 23-32
Marco Rotman,
‘En voor wie het wil aannemen: hij is Elia die komen zou’ (Mat 11:14): Johannes de Doper in het Matteüsevangelie, 33-42
Arco den Heijer,
Petrus’ vorming tot mensenvisser in het Evangelie naar Matteüs, 43-53
Huub van de Sandt,
Ethische radicalisering van de Tora in Didachè en Bergrede, 55-66
Nico Riemersma,
De tien en meer herstelwonderen van Jezus: Matteüs 8:1-9:34, 67-78
Ruben van Wingerden,
Kruisdragen in Matteüs 10:38 en 16:24: Sterven door vervolging, 79-87
Eric Ottenheijm,
Matteüs en het jodendom: Sociaal-religieuze retoriek in de Gemeenterede (Mat 18:1-35), 89-100
Wim Weren,
Messiaanse leiders: Interpretaties van Zacharia 9-14 in het Evangelie volgens Matteüs, 101-111
Pieter de Boer,
Van timmermanszoon tot Kurios: Matteüs’ weergave van Jezus’ interpretatie van Psalm 110:1, 113-124
Hendrik Hoet,
Matteüs 23: valse godsdienst versus broederlijkheid, 125-132
Rinze Nieuwenhuis,
De παρουσία in Matteüs 24, 133-141
Marco Visser,
Uit de hemel: Frans Breukelman over de finale van het Matteüsevangelie, 143-152
Klaas Spronk,
De verhalen over Elia en Elia in het recente onderzoek, 1-11
Anne-Marie Bos,
Elia’s mantel voor Elisa: 1 Koningen 19 en 2 Koningen 2 in beeld, 13-19
Nico Riemersma,
Hoe een jong mens tot leven komt: Een close reading van 2 Koningen 4:32-35, 21-34
Bob Becking,
De grote vrouw van Sunem en de arme man van Nippur: Enkele gedachten over de interpretatie van 2 Koningen 4:32-35, 35-43
Nico Riemersma,
Een korte reactie op de kritiek, 45-49
Adri van der Wal,
Een maaltijd voor honderd mensen: Kanttekeningen bij 2 Koningen 4:42-44, 51-59
Edgar Kellenberger,
Die Naeman-Erzählung (2 Kön 5), 61-69
Joep Dubbink,
De godsman, de vrouw en de generaal: Twee verhalen over Elisa naast elkaar gelezen, 71-80
Thandi Soko-de Jong,
Some African Christian Miracle Perspectives and God’s Abiding Power: With Insights in 1 Kings 17:20-24, 81-92
Klaas Spronk,
Elia en Elisa en het gevecht met Baäl, 93-102
Klaas Smelik,
Geweld in de Elia-Elisacyclus (1 Kon 17–2 Kon 13): In het licht van het bijbelboek Jeremia, 103-112
Mart Jan Luteijn,
Elia en Elisa psychologisch gelezen: 1 Koningen 19 en 2 Koningen 4–5, 113-119
Panc Beentjes,
De brief van Elia (2 Kron 21:12-15), 121-128
Hans Lammers,
‘Elia ia al gekomen’ (Mar 9:13): Elia in het Marcusevangelie van Jezus, 129-137
Lieve Teugels,
Man van God of goddelijke man: De rol van Elia in de eindtijd, en de receptie van Maleachi 3:1,23-24 in rabbijnse interpretaties, 139-147
Willien van Wieringen,
‘Onze god is de beste’: 1 Koningen 18:26-46 in exegese voor hbo-studenten, 149-159
Bob Becking,
Hoe is het nu met Ezra en Nehemia: Verschuivende visies over twee bijbelboeken, 1-13
Panc Beentjes,
Het Kronistisch geschiedwerk: Dogma of mythe, feit of fictie?, 15-23
Margreet Steiner,
De muren die Nehemia bouwde: De stadsmuren van Jeruzalem in de Perzische tijd, 25-32
Joep Dubbink,
De Judese identiteit bestaat niet: Constructie van identiteit in Jehud, 33-44
Nico Riemersma,
Berît in Ezra 10:1-44, 45-55
Eep Talstra,
Bidden, hergebruik van duurzaam tekstmateriaal: Nehemia 1:1-11, 57-68
Geert Lorein,
Nehemia 3: Individueel engagement ter afscherming van Jeruzalem, 69-82
Willien van Wieringen,
De Schrift als Heilige Grond in Nehemia 8: Waarin terugkeer grond voor verstrooiden biedt, 83-92
Adri van der Wal,
Samenbinding en roep om bevrijding: Kanttekeningen bij Nehemia 9, 93-104
Christiane Karrer,
Beter dan een koning? Leiderschap in Juda volgens het rapport van Nehemia, 105-116
Klaas Smelik,
Nehemia, een Hofjood avant la lettre?, 117-126
Leon Mock,
Ezra als de tweede Mozes: Ezra in de rabbijnse traditie, 127-134
Joep Dubbink,
Ezra en Nehemia contextueel: Een vergeten paragraaf, 135-142
Nico Riemersma,
De literaire structuur van het boek Exodus: Een nieuw voorstel, 1-19.
Joep Dubbink,
Mozes als ‘mediator’: Een aspect van een groots bijbels personage, 21-32.
Adri van der Wal,
Bijbelvertalen met behulp van de computer: Exodus 3:1-15 als testcase, 33-43.
Eric Luijten en Willien van Wieringen,
De godsnaam in Exodus 3:13-15: Over de betekenis en de vertaling van אֶהְֶיֶה, 45-54.
Edgar Kellenberger,
De verharding van het hart van de farao: Een blik vanuit vogel- of kikvorsperspectief, 55-62.
Eep Talstra,
Exodus 16: Vragen naar literaire reconstructie, compositie en theologie, 63-74.
Bob Becking,
Een moeilijke motivering: Exegetische en theologische opmerkingen bij Exodus 20:5b-6, 75-83.
Piet van Midden,
Een עֶֶבֶד is nog geen slaaf: Enkele gedachten over Exodus 21:1-11 en het recht geen slaaf te zijn, 85-94.
Leon Mock,
De Haggada voor Pesachavond en enkele van haar theologische statements, 95-102.
Klaas Spronk,
Beelden van Mozes, 103-112.
Lieve Teugels,
De rabbijnse uitleg van het boek Exodus in de Mechilta: Parabels als exegese, 113-121.
Cees Houtman,
Een erudiete Zwollenaar verdiept zich in Exodus 1-15: Jan ter Pelkwijk (1769-1834), 123-133.
Archibald L.H.M. van Wieringen,
Het Twaalfprofetenboek: Aspecten van een lezersgeoriënteerde eenheid: oproep tot omkeer en uitdaging tot wijsheid in het Dodekapropheton, 7-15.
Gert Kwakkel,
Als een schaap in het wijde veld: Een raadselachtig beeld in Hosea 4:16, 17-27.
Rudy Van Moere,
Een indrukwekkende confrontatie in Betel: Een talige, correlatieve en intratekstuele leesoefening van Amos 7:10-17, 29-46
Noortje Blokhuis,
‘Zoek het goede, niet het kwade’: Universele thema’s in het boek Amos, 47-56.
Nico Riemersma,
Op zoek naar de kern van het boek Jona, 57-66.
Willien van Wieringen,
Nahum – De naakte vrouw, 67-75.
Adri van der Wal,
Het boek Habakuk – Theologiseren vanuit vragen, 77-86.
Joep Dubbink,
De profeet en het dode paard: Zacharia 1:1-6 en de crisis in de profetische traditie, 87-98.
Eep Talstra,
Gods passie: De visioenen van Zacharia, 99-113.
Aarnoud Jobsen,
Maleachi – Slotakkoord van het Twaalfprofetenboek, 115-124.
Bärry Hartog,
De kleine profeten in de Tweede Tempelperiode: Eenheid en verscheidenheid, 125-133.
Marcel Poorthuis,
Profetische passie, 135-140.
Axel Rooze,
Het feestboek Job, van Rosj Hasjana naar Jom Kippoer – (tijds)orde in het boek Job, begrepen vanuit Job 3:1,7-19.
Evert Tuinstra,
Tōrā in Spreuken, 21-30.
Lieve M. Teugels,
Wijsheid als tora in de rabbijnse interpretatie: Spreuken 8 in de midrasj, 31-39.
Jeanette M. Hartwell,
Mannen, vrouwen en rijkdom. Herinterpretatie van Spreuken 11:16 en 11:22 in het licht van genderverhoudingen, 41-50.
Sietske Blok,
Een contextuele lezing van Hooglied, 51-59.
Hans Jonker,
Wijsheid in de Psalmen van Salomo en de Oden van Salomo, 61-72.
Margaretha Folmer
De Achikar-traditie, 73-83.
Irene Zwiep,
Wijsheid is wijsheid is wijsheid: Chochma, sophia en scientia in het premoderne Joodse episteme, 85-94.
Gé Speelman,
Wijsheid in de Koran: Een bespreking van Soera Luqman, 95-105.
Eleanora Hof,
Wijsheid is niet slechts in één huis te vinden: Dialoog tussen spreekwoorden uit Afrika en Bijbelse wijsheidsliteratuur, 107-117.
Paul Sanders & Klaas Spronk,
Recente publicaties op het gebied van de Theologie van het Oude Testament, 9-18.
Klaas A.D. Smelik,
Van wie is de Bijbel? 19-28.
Ed Noort,
Open vragen – De queeste van Gerhard von Rad, 29-36.
Gerard van der Zanden,
De Bijbelse Theologie van Frans Breukelman in Amsterdamse context, 37-52.
Rinse Reeling Brouwer,
Een Amsterdamse leerstoel Bijbelse Theologie (1991-2001), 53-64.
Klaas Spronk,
Hoe ‘Amsterdams’ is Brevard Childs? De canonieke benadering van de bijbelse theologie, 65-72.
Eep Talstra,
Van Priesters, prekers en partizanen: Walter Brueggemann en de theologie van het Oude Testament, 7388.
Marina Slootmans,
Elisabeth Schlüssler Fiorenza’s andere kijk: Het koninkrijk van God bezien via Openbaring 5:9-10 en Exodus 19:6, 89-98.
Bob Becking,
Contact met de context als noodzaak voor bijbelse theologie: Een gesprek met Eep Talstra, 99-107.
Adri van der Wal,
Uit het leven gegrepen: In gesprek met de Theologie van het Oude Testament van H. Koorevaar en M.-J Paul (red.), 109-122.
Joep Dubbink,
Dogmatisch, christelijk of gelovig bijbellezen? De Bijbel in de Christelijke Dogmatiek van Van den Brink en Van der Kooi, 123-132.
Peter-Ben Smit,
De geest uit de fles? Wisselwerking tussen liturgie en exegese in de vertaling van καὶ μετὰ τοῦ πνεύματος ὑμῶν / ‘et cum spiritu tuo’, 133-138.
Christiane Karrer-Grube,
Daden gaan woorden te boven – De ‘hermeneutiek van de navolging’ als kern van de bijbelse theologie in de doperse traditie, 139-153.
Adelbert Denaux,
Lucas & Acta: Een overzicht van het onderzoek (1999-2012), 9-23.
Huub Welzen,
Van ooggetuigen naar bedienaren van het woord (Lucas 1:2): Naar een lucaanse hermeneutiek van het woord: 25-34.
Magda Misset-van de Weg,
Maria en Elisabet in beeld (Lucas 1:39-56), 35-44.
Riemer Roukema,
Jezus’ doop in het lijden: Een messiaanse lezing van Psalm 69 in Lucas 12:50, 45-54.
Albert Hogeterp,
Lucas en de taal van de Septuagint, toegespitst op Καὶ ἐγένετο, 55-65.
Bart J. Koet,
Trouw aan Wet en Profeten: Lucas en het jodendom, 67-76.
Nico Riemersma,
Elia, Jezus en Johannes in lucaans perspectief, 77-87.
Arie W. Zwiep,
Tussen tekst en marge: Op- en aanmerkingen bij het marginale annotatie-apparaat van NA28 aan de hand van Handelingen 2:1-4, 89-99.
Jean Bastiaens,
Het eerste en het tweede Pinksteren bij Lucas, 101-111.
Joke Brinkhof,
Dubbelvertelling in Lucas-Handelingen: Stefanus, Filippus, Simon Petrus in Handelingen 6-8 als voorbeeld van complementariteit in Lucas-Handelingen, 113-123.
Barend F. Drewes,
Handelingen 16 en de Bacchanten van Euripides, 125-134.
Sijbolt Noorda,
Jezus en Anastasia: Uitdagingen voor vertalers van Handelingen 17, 135-145.
Martinus C. de Boer,
Het beeld van Paulus in Handelingen, 147-157.
Sam Janse,
De apocriefe geschriften ingeleid, 1-13.
Joep Dubbink,
Deuterocanonieke geschriften, de canon en de bijbelse theologie, 15-25.
Leo van den Bogaard, Tobit, 27-38.
Jan Willem van Henten,
Het loflied voor Judas Makkabeüs in 1 Makkabeeën 3:3-9, 39-46.
Panc Beentjes,
De wijsheid van Salomo, 47-59
Otto Mulder,
Ben Sira en de wijsheid, 61-80.
Adri van der Wal,
In de stroom van de traditie: Jezus Sirach, 79-86.
Bob Becking,
Er waren eens drie jongelingen …: Over de functie van een Hellenistische hofvertelling in 3 Ezra, 87-96.
Pieter Oussoren,
Buiten de vesting gelezen: Aspecten van het vertalen van de deuterocanonieke geschriften, 97-100
Gerda Hoekveld,
De theo-politieke context van Rembrandts deuterocanonieke werk: De tekst als uitleg van zijn tijd, 101117.
Christos P. Tsekrekos,
Over tien van de canonieke boeken van de Bijbel: De plaats van de anaginoskomena in de Orthodoxe Kerk, 119-129.
Walter Hilbrands,
Het boek Genesis in recent onderzoek, 1-22.
H. Jagersma,
De thematiek van het eerste bijbelboek, 23-33.
Izaak J. de Hulster,
God en de kosmos in Genesis 1, 35-49.
Dick Boer,
‘Uit het stof opgericht’: Notities bij de bijbelse antropologie (Genesis 2–4), 51-62.
Piet J. van Midden,
Kaïn en Abel: Enkele vrijwel onneembare hindernissen in Genesis 4:1-16, 63-73.
Ellen van Wolde,
De boog als teken van het verbond in Genesis 9, 75-83.
Evert van den Berg,
Over aartsvaders en over hun goden, 85-96.
Jan Fokkelman,
Jakob en de geheimen van de nacht, 97-106.
Reinoud Oosting,
Taalvariatie en theologie in Genesis 37, 107-117.
Willien van Wieringen,
Van Eva naar Maria – een weg van verwantschap, 119-128.
Rinse H. Reeling Brouwer,
De geschiedenis van de vaders en de moeders in Israël als het oergeheim van de geschiedenis van de mensheid: Wat Frans Breukelman ontdekte in het ‘boek van de verwekkingen van Adam, de mens’, 129143.
Axel Rooze,
De datering van de Tenach: Een hermeneutische, exegetische of ethische discussie? Recensie van het onlangs verschenen boek van Bernd Diebner, 147-151.
Piet de Vries,
Ezechiël: profeet van de naam en heerlijkheid van JHWH: Het karakter van zijn boek en een aantal centrale thema’s ervan, 1-16.
Willien C.G. van Wieringen,
De verbeelding van een profeet: Het roepingsvisioen van Ezechiël, 17-28.
Brenda Kronemeijer-Heyink,
Dat de rechtvaardige zal leven, is niet zo eenvoudig: Ezechiël en de Thora in Ezechiël 18, 29-39.
Panc C. Beentjes,
Over wie gaat de dodenklacht in Ezechiël 19? Kiezen tussen historische lezing en bijbelse intertekstualiteit, 41-51.
Konstantijn Stijkel,
Het herstellingsvisioen van Ezechiël (36:23-48:35): Een verkenning van enkele variante lezingen in de Masoretische Tekst en Papyrus 967, 53-64.
Joep Dubbink,
‘Niet omwille van jullie’: De argumentatie voor Israëls herstel in Ezechiël 36:16-38, 65-76.
Piet J. van Midden,
Meekijken met Ezechiël: Ezechiël 37:3 – een nuancering, 77-85.
Jan Mazurel,
Ezechiëls blauwdruk: Over de toedeling van het land aan de stammen van Israël (47:21-48:29), 87-94.
Dorothea M. Erbele-Küster,
Het vrouwelijke lichaam in Ezechiël, 95-100.
Leo Mock
Ezechiël als profetenlezing in de synagoge, 101-107.
Piet J. van Midden,
Vijfentwintig jaar Amsterdamse Cahiers: Terugblik bij een jubileumnummer, 1-10.
Maarten J.J. Menken,
Citaten uit de Psalmen in het Nieuwe Testament, 11-32.
Adri J.O. van der Wal,
Psalmodie in Jeremia 30–31, 33-44.
Panc C. Beentjes,
Wat het boek Kronieken met Psalmen doet: Een literair-historische speurtocht, 45-58.
Jasper J. Stam,
De Opgangsliederen en Nehemia: Michael D. Goulders interpretatie van de Liederen Hammaäloth (Psalmen 120-134), 59-66.
Mladen Popović,
De receptie van het Psalmenboek in Qumran: Psalmen en Psalmencitaten in de Dode Zeerollen, 67-82.
Martinus C. de Boer,
De Psalmen bij Paulus: LXX Psalm 142:2 in Galaten 2:16 en Romeinen 3:20, 83-94.
Adriaan Soeting,
Psalmen in de Apocalyps: De achtergrnd van de liederen in de Openbaring van Johannes, 95-108.
Eddy van den Brink,
De verbeelding van de Psalmen, 109-122.
Piet J. van Midden,
Een prachtig drama: In gesprek met Niek Schuman over de Psalmen, 123-129.
Eveline van Staalduine–Sulman,
De besnijdenis te Gilgal in Targoem Jozua,131-144.
Klaas Spronk,
Het boek Jozua: Het onderzoek naar het boek Jozua: een beredeneerde bibliografie, 1-10.
Adri J.O. van der Wal,
Jozua als voorbeeld: De opbouw van het boek Jozua, 11-21.
Cees G. den Hertog,
Het onderzoek naar de Griekse vertaling van Jozua, 23-32.
Willien C.G. van Wieringen,
Over tijd, ruimte, God, mens, erven en het lezen van de Schrift: Enkele vertaalbeslissingen van de SHAvertaalgroep Jozua’ toegelicht, 33-42.
Klaas Spronk,
Jozua op herhaling: Rechters 1:1-2:10 als inleidende samenvatting, 43-49.
Klaas Touwen,
Jozua 2: De reikwijdte van de belofte, 51-82.
Karel A. Deurloo,
‘In die tijd…’: Het liturgisch kader van de besnijdenis in het boek Jozua, 83-87.
Marieke E.J. den Braber,
Gebouwd uit stenen: Jozua 5:13-6:26 in synchrone en diachrine analyse, 89-104.
Ed Noort,
Jozua 22: geen deel aan JHWH? Over de plaatsgebondenheid van volk en godheid in de theologische reflectie, 105-125.
Piet van Midden,
Gilgal: Een locatie met een verhaal, 127-137.
Cees Houtman,
Een wonder zonder weerga in een bijbelboek vol geweld: Jozua 10:12-14 en zijn context in stichtelijke literatuur, 139-189.